Friday, 11 January 2019 CSI5* CSI2* CSIYH1* 2019

Welkom bij de vijfsterrenpremière in het GHPC Austria | De uitdaging in het parcours

Voor de eerste keer opent het GLOCK HORSE PERFORMANCE CENTER het internationale toernooiseizoen in Oostenrijk met een hippisch 5-sterren-evenement. Olympisch winnaars, wereld- en Europees kampioenen hebben zich reeds voor de extravagante seizoenstart van 1 t/m 3 februari 2019 in het GHPC aangemeld. Gedurende drie dagen zullen de ruiters en hun paarden in twaalf springwedstrijden strijden om de overwinning en plaatsingen. In het GHPC Austria staat de atleten in totaal 597.000 euro aan prijzengeld te wachten. U kunt live meeleven met de uitdagingen in de talrijke parcoursen in het GHPC Austria.

Oxer, steilsprong, tripple en sloot
Wereldwijd wordt bij het springen met de ruiters uit verschillende landen en hun vierbenige begeleiders meegeleefd. Blijft de balk liggen, volstaat de tijd? Springen is voor elke toeschouwer eenvoudig te begrijpen en fascineert zoals bijna geen enkele andere paardensportdiscipline. Of het nu in een hal is, in kleine of grote toernooiarena’s, bij nationale toernooien of zelfs kampioenschappen - de kunst van het parcours rijden spreekt aan. Op weg naar de finish zijn er echter veel verschillende uitdagingen. Samen maken ze het springen speciaal.

Een team worden
Om samen te leren vliegen, trainen veel topruiters hun paarden zelf met veel voorzichtigheid. Dat is een lange gezamenlijke weg. Het omvat in de dagelijkste werkzaamheden discipline, een uitgebreid trainingsplan evenals fitness en wellness voor de vierbenige vrienden en de ruiter. De paarden moeten hun ruiter, maar ook zichzelf vertrouwen, leren hoe ze met hun lichaam moeten omgaan en zijn als topsporter in topvorm. Alleen wanneer de aanleg van het paard, de bekwaamheid en - van jong paard af aan - de training klopt, kunnen de paarden later als vierbenige sporter de zwaarste parcours ter wereld aantreden en vooral ook langdurig bedwingen.

Uitdagingen op weg naar de finish
De verschillen in klimaat, de afmetingen van de toernooiplaatsen, de bodemsamenstelling of de reisomstandigheden zijn altijd een nieuwe uitdaging voor de paarden en vereisen van de actieven een passend paarden- en reismanagement. Maar ook de hindernissen in het parcours zijn een uitdaging vanwege de verschillen in techniek en optiek. Ze komen in alle vormen, kleuren en ontwerpen en zijn vooral bij kampioenschappen bont en overweldigend. De afmetingen van de hindernissen zijn gespecificeerd in de regelgeving op basis van klasse, waarbij verschillende minimale en maximale afmetingen zijn toegestaan. Bij toernooien zijn ze maximaal 1,60 m hoog en 2 m breed. De sloot mag maximaal 4,50 m breed zijn. In enkele gevallen - zoals bijvoorbeeld een derby, puissance of barrièrespringen - kunnen deze afmetingen overschreden worden.

De meest voorkomende hindernissen

  • De steilsprong - bestaat uit twee staanders met balken boven elkaar en is daarmee een rechte hindernis. In het parcours ziet men ze ook als muur, plank of hek.
  • De oxer - bestaat uit twee rijen staanders met balken achter elkaar en is daarmee een rechte en breedtehindernis. Naast het uiterlijk en de hoogte vormt bij deze hindernis vooral de breedte een uitdaging voor paard en ruiter.
  • De triple - bestaat uit drie rijen staanders achter elkaar waarvan de balken in hoogte oplopen en is eveneens een rechte en breedtehindernis.
  • De sloot - is een breedtehindernis en kan zich met een andere hindernis erboven of als open water in het parcours bevinden.
  • Bij derbys zijn er dan nog de “Trakehner Graben” (rechte en breedtehindernis), het “Billard” (niveauhindernis met op- en afsprongen) en het “Pulvermans Grab”, dat eveneens een niveauhindernis is.

Alles genummerd
In het parcours heeft elke hindernis een eigen nummer, zodat de ruiter weet hoe hij van start tot finish moet rijden. Alleen combinaties hebben hetzelfde hindernisnummer, waarbij elk deel wordt aangeduid met het nummer van de eerste sprong van de combinatie en dan de letters A, B en C. Van een combinatie wordt bij het springen gesproken, wanneer tussen meerdere sprongen slechts één of twee galopsprongen zitten. Een combinatie van twee sprongen wordt een dubbelsprong genoemd, een combinatie van drie sprongen een driesprong. Als het paard daarentegen tussen de sprongen direct na de landing moet springen en er geen galopsprong tussen de sprongen zit, spreekt men van een in-uit.

Optiek, techniek, fitness
De actieven en hun vierbenige partners moeten vele optische, technische en fitnesstechnische uitdagingen bedwingen. Het is belangrijk dat de ruiter kan beoordelen wat redelijk is voor zijn paard, waar hij meer of minder ruimte kan geven, of hij de galopsprong moet vergroten of verkleinen en waar het paard visueel onder de indruk kan zijn van het hindernismateriaal. De kleuren zijn hierbij minder cruciaal dan het ontwerp van een hindernis. Witte balken zijn voor paarden bijvoorbeeld moeilijk in te schatten en een muur kan als ondoorzichtige steilsprong veel indruk maken. De moeilijkheidsgraad van een springtoernooi wordt gedifferentieerd naar categorie en klassen. Een 1.45 m hoge springwedstrijd van een CSI2*-toernooi moet bijvoorbeeld veel makkelijker zijn van een springwedstrijd met dezelfde hoogte bij een CSI5*-evenement. Maar voor alles geldt: een ideaal parcours is aangepast aan het niveau, zodat het technisch en optisch goed te rijden is en zo het publiek een geweldige springsport biedt!

INFOBOX
Wat: International Show Jumping
Wanneer: 1 t/m 3 februari 2019
Waar: GLOCK HORSE PERFORMANCE CENTER Austria
VIP-dagkaarten: aanvragen via +43 664 88 73 44 01
Gratis toegang tot alle wedstrijden
www.ghpc.at

De Nederlandse GLOCK-rider Gerco Schröder, die hier in het zadel van GLOCK's Dobelensky over een oxer met water eronder springt, beschikt over veel kampioenschapservaring. © Nini Schäbel

De Zwitserse kampioenschapsruiter Martin Fuchs is thuis op de grootste toernooien van deze wereld. Hier vliegt hij in het zadel van Cool and Easy met gemak over een triple. © Michael Rzepa